WAAROM WIJ LUCY DIT JAAR GEEN CADEAUS GAVEN

Sinterklaas is sinds vorig weekend in het land en de speelgoedbijbels van werkelijk elke speelgoedwinkel en tegenwoordig ook elke zichzelf respecterende supermarkt liggen al sinds midden oktober op de salontafel van menig ouder. En probeer die chocolade, maria’kes en picnic’skes maar eens te negeren als je boodschappen gaat doen. Ik erger mij een beetje aan het hele uitrekken van bepaalde periodes (Black Friday-week, say what?), maar ik begrijp dat het voor kinderen een magische periode is. En toch krijgt Lucy geen Sinterklaascadeautje(s) (en al zeker geen snoep/chocolade/koek), althans niet bij ons thuis en niet dit jaar. Een peuter van 16 maand lijkt mij amper in de mogelijkheid te zijn om te beseffen wie of wat het concept van Sinterklaas überhaupt is. Ze ‘speelt’ ook nog altijd het liefst met boeken of dingen die geen speelgoed zijn en leegt het allerliefste onze (en haar eigen) keukenkasten uit. En wij laten haar doen, ja. Net zoals ze haar vuil mag maken aan tafel en ik daar niet om zal zuchten. Ons kindje mag een kindje zijn en de wereld ontdekken zonder al te veel ‘neen’ te moeten aanhoren, maar die wereld ontdekt ze dus zonder massa’s speelgoed.

Want nu de Sint in aantocht is, proberen wij net zoals voor haar eerste verjaardag de cadeautjes te beperken. Wij kochten haar toen zelf ook niks (wij bekostigden haar feestje) en vroegen om centjes aan wie iets wilde geven. Uiteraard kregen we ook cadeautjes en waren wij/Lucy daar heel blij mee; onze vrienden en familie kennen ons gelukkig goed genoeg om niet met aartslelijke of megaluide of fellichtgevende prullen af te komen. Met de verzamelde centjes kochten we tot nu toe een mooie houten kist om haar boekjes in te steken, de rest staat opzij voor een mooi, groot stuk (een houten glijbaan of een leuk zitbankje bijvoorbeeld). Het is dus niet omdat wij Montessori-mensen zijn of omdat wij geen fan zijn van speelgoed. Wij gaan ervan uit dat ze langs alle mogelijke kanten verwend wordt: Sinterklaasfeestjes op het werk en oma’s, opa’s, overgrootmoeders, meters, tantes en nonkels bij de vleet die haar willen overladen met cadeautjes. Ik wil ook (nog) niet teveel kak hangen aan de ‘momenten waarop je als ouder verplicht bent om cadeautjes te geven’ zoals Sinterklaas, Kerst of Pasen. Later als ze groot is en het allemaal ‘beseft’ zal ze telkens 1 iets mogen kiezen (of een centje krijgen om te sparen voor iets ‘groots’) en daar houden we het dan bij. Ik wil er geen evidentie van maken dat er op regelmatige tijdstippen een shitload aan nieuw speelgoed waar 1 maand mee gespeeld zal worden aangevoerd wordt. En dat dan ook als ‘normaal’ wordt aanschouwd. Ze kreeg vorige week (zonder dat dat gelieerd was aan de Sint) een poppenwagentje met een popje - ter voorbereiding op haar grote zusterschap. Daar blijft het dit jaar bij wat de cadeautjes van haar ouders betreft. Wij zijn namelijk lid van de lokale Speelotheek - in onze stad krijgt elke pasgeborene een jaar gratis een lidkaart, hiervoor mag je telkens een stuk speelgoed uitlenen voor maximum 4 weken. Ik heb ons lidmaatschap ingeruild toen ze 6 maand was en vernieuw het dus binnenkort, voor 5 euro per jaar. In ruil daarvoor krijgt ze dus elke maand ‘nieuw’ speelgoed, zonder dat mijn huis een groot, roos speelgoedstrot wordt. Er zal hier in plaats van een karrenvracht cadeaus een gift worden overgemaakt aan een sociaal huis voor kansarmen in de buurt, zodat de Sint hen hopelijk niet vergeet. En ondertussen overladen wij ons kleintje nog een beetje met extra knuffels en kusjes nu ze die nog exclusief kan ontvangen. We lezen de komende periode met veel plezier voor uit één van de vele boeken die ze nu al heeft - dat kan trouwens al van kleins af aan. We houden het bij wandelingen maken en babbelen over wat we zien en doen. We houden het bij onze vaste ontbijt- en dineermomentjes waarbij ze zo ontzettend graag meedoet en -eet met ons. We houden het bij het bouwen en herbouwen van de Duplo’s die ze hier al massaal heeft liggen. We houden het bij liefde geven en tijd maken, da’s het enige waar ze (naast eten, drinken, kleren en ne schone pamper af en toe) écht nood aan heeft.