Wijvenweek: the one met wat ik eigenlijk niet wil dat ge weet

Ja, geen fijn onderwerp, maar als i. en k. het zeggen, dan moet het. Ik heb hier eigenlijk een beetje een ‘Hé, het is OK’-gevoel bij, die rubriek in de Flair die de meesten onder jullie wel zullen kennen.  Wie zegt dat ie geen guilty pleasures heeft, is volgens mij een ongelukkig mens. Dat kan toch niet?! Dat ge nekeer niks in uw leven doet waarvan ge zoiets hebt 'Goh, wat zijde nu feitelijk aan ’t doen? Schaamt ge u niet een beetje?’, dat kan er bij mij niet in. Want eigenlijk is dat vree wijs.

Maar die dingen neerschrijven, da’s een andere zaak. Ik loop al sinds dat de onderwerpen bekend werden gemaakt te denken aan wat ik zou schrijven, maar ik wilde geen voor de hand liggende dingen. Want ja, natuuuuuurlijk zing ik keiluid mee met Rihanna en Beyoncé in de auto en natuuuuuuurlijk eet ik graag desserts en wil ik graag veel aandacht en kussen van mijn lief waar en wanneer ook, maar ’t moesten dingen zijn die mij écht écht typeren. I gave it a try.

K. en i. gaven een paar voorbeeldjes bij de uitleg van het onderwerp van vandaag. Ik heb bij alles wat zij opsomden iets proberen verzinnen. 

- Guilty wijvenpleasure: ik kan keihard genieten van het los doen van mijn riem na een zotte maaltijd. ZO bevrijdend en toch genant… 

- Als ik me liet gaan dan at ik elke dag een ijsje van Nonno, die creme glace van een paar huizen verder. ZO gevaarlijk! En zou ik veel bleiten, emotionele trut tot en met, maar dat heb ik min of meer leren beheersen. Bleiten, terwijl ik ijs eet van Nonno en naar een prinsessenfilm op VijfTV kijken, wat voor een clichéwijf ben ik eigenlijk wel niet?

- Wat u echt denkt over andere vrouwen. Awel! Ik zweer het u: ge kunt dat meestal wel vrij goed aflezen van mijn gezicht als iets of iemand mij niet aanstaat. Als de persoon (en dat hoeft geen vrouw te zijn, maar dat is het in de meeste gevallen, om begrijpelijke redenen wél) vertrokken is, zal ik mij ook niet inhouden om daar een uitvoerig discours over te starten. Zijt maar zeker dat ge het aan uw rekker heb als er iets mij niet aanstaat. Dus: hoe ik over andere vrouwen denk? Mocht ge ooit in mijn nabijheid zijn: ge zult het wel merken, geloof mij… 

Oh ja, soms ben ik ook wel jaloers. En nijdig. Op mensen/vrouwen die alles in hun schoot geworpen krijgen. Niet dat ik dat zelf zou willen, maar gewoon omdat het niet eerlijk is. Point final.

- Wat u niemand ooit vertelt (gewicht, hoeveel u echt eet, …): goh ja, ik eet veel en graag, dus het gewicht is er ook naar. 67, voilà, het is er uit. Ik heb een 38, soms een 40, maar al bij al ben ik daar wel content mee. Voor een kloeke 23-jarige mag dat. Zolang het BMI onder de gevreesde 25 is, zal ik niet extreem veel moeite doen om af te vallen.

Ik schaam mij voor weinig dingen, als ik er zo over nadenk. Ik woon samen met drie mannen (waarvan 1 mijn lief) en die hebben al eens een bil of meer gezien, maar I don’t care. 

- Uw onzekerheden: mijn looks, dat dan weer wel. Ik heb prachtige vriendinnen, dat moet gezegd. Naast hen zie ik er vaak uit als een jongensachtige trol, denk ik. Krullend haar werd/wordt ook door weinig mannen als mooi aanzien, heb ik de indruk. Dat maakte mij vroeger onzeker, nu soms nog, maar gelukkig heb ik een medekrullie gevonden.

- Uw werkpunten: ik moet meer sporten, da’s zeker. Mijn medekrullie is een zotte sporter, met een spiermassa om u tegen te zeggen en om eens stevig vast te pakken (al geldt dat wel enkel voor mij, dat laatste). Soms heb ik het gevoel dat hij denkt dat ik een luie trien ben, als hij weer eens vertrekt naar een training en mij achterlaat. Ik zou dan gerust een toerke kunnen gaan lopen, da’s waar. Maar er zijn ook natuurlijk 100 andere dingen die mij ook de moeite waard lijken om te doen. En vaak doe ik die dan, of doe ik niks. Maar ik maak er werk van.

- Waarin u keihard suckt: er zijn ongetwijfeld meer dingen (creatief zijn, schaatsen, balsporten, …), maar het voorbije weekend ontdekte ik in mijn perfecte-huisvrouw-willen-zijn dat ik echt geen ramen kan kuisen. Alle huishoudbijbels en omaboekjes ten spijt is het mij niet gelukt. Godmiljaar, vertel mij: hoe in ’s hemelsnaam doet ge dat? Zonder strepen, zonder vuiligheid, zonder zelf volledig doorweekt te zijn na afloop? 

Voila, nu weet ge het. En ’t is eigenlijk allemaal zo erg niet. Toch?